Sunday, January 2, 2011

28 December 2010

First of all I do apologise for writing this update in Dutch. I have changed my other blog, Glaginye, to Dutch and had quite forgotten that this one was to be done in English.  Please use the translator provided and hopefully next time I will remember to do it correctly (in English, that is).

Als ik deze update zit te schrijven zijn we al weer twee dagen onderweg met de camper en reizen we voor het eerst weer zonder het gezelschap van Misty. Het is af en toe wel slikken. Thuis mis ik haar niet zo erg, want ik zag haar maar sporadisch bij mij thuis als zij met Frans mee kwam, maar in de camper is het gemis toch weer een stuk anders. Haar vaste plekje in de kast of onder een van de kussens is leeg. Ze lag daar zodra we gingen rijden, want al het voorbijvliegen van verkeer en omgeving aan de andere kant van het raam vond ze maar eng, doch zodra we stopten kwam ze voor de dag en was niet bij ons weg te slaan. Met etenstijd kwam ze gewoonlijk aan de tafel een beetje boter halen. Dat was haar traktatie als ze niet over de tafel liep te banjeren. Luisteren kon ze erg goed (als ze dat wilde!). Soms gebruikte ze de gordijnen als hangmat en lag ze lekker naar buiten te kijken, andere keren was het dashboard haar favoriete plaats. Kortom, het is wennen. Maar goed, we moeten toch ook de voordelen zien en een ervan is dat we nu kunnen stoppen in national parks. Vaak zijn dat mooie achteraf plaatsen, maar je mag er, heel begrijpelijk, niet met huisdieren komen. En zo zijn er nog wat kleine voordelen, dus proberen we het allemaal maar van een positieve kant te zien...

Deze reis zullen we niet veel bizondere plaatsen zien, want we gaan rechtstreeks naar Melbourne (al doen we er op ons gemak 4 dagen over) en ook weer rechtstreeks terug naar huis als ons verblijf er weer op zit. Deze reis is meer bedoeld om Stephan te helpen, zoals ik al op mijn andere blog schreef, dan een echte vakantie, al geeft het reizen per campervan altijd wel een fijn vakantiegevoel.  We zijn ook blij om de niet aflatende regen te ontlopen, want na zoveel maanden zijn we het wel zat.  Hopelijk is het deze keer in Melbourne redelijk weer, maar ach, we nemen maar wat we krijgen, als het maar een paar dagen droog is, zodat de tuin gedaan kan worden.  Op maandag laden we de campervan in, tussen de buien door, zodat we dinsdagochtend redelijk op tijd kunnen vertrekken.

Dinsdag 28 december

We vertrekken om 9 uur in de striemende regen en stoppen voor het eerste kopje koffie bij de weegbrug in de buurt van Mount Gravatt aan de zuidzijde van Brisbane.  Gelukkig is de regen veranderd in buien, zodat het af en toe wat makkelijker rijden is zonder de konstant zwiepende ruitenwissers voor je ogen.  Tegen lunchtijd zijn we al aangeland bij de rust stop Sleepy Hollow (#8, 28 25 25S, 153 31 14E) en hebben we slechts nog wat verspreide buitjes.  We volgen deze reis de Pacific Highway (de kustweg), omdat de twee binnenlandse snelwegen (de New England Highway en de Newell Highway) niet erg te vertrouwen zijn vanwege al de wateroverlast. De volgende stop is dus ook weer aan de kust, maar niet dichtgenoeg aan zee om de oceaan ook daadwerkelijk te zien.  We stoppen om half 3 bij de Woodburn South Rest Area (#22, 29 06 14S, 153 20 24E) en drinken een kopje koffie. Het is inmiddels al helemaal droog, alhoewel bewolkt.  Voor de nacht verblijven we bij een Service Centre (een benzinestation, winkel en eetgelegenheden) genaamd Halfway Creek Rest Area (#43, 29 56 12S, 153 05 49E).  We hebben hier al eens eerder de nacht doorgebracht, maar de ruimte is nu aanmerkelijk kleiner, want het veld waar normaal gekampeerd wordt is drassig en ook de grote road trains blijven op het geasfalteerde gedeelte staan. 

Woensdag 29 december

Als we opstaan zien we een heleboel kangoeroes in het zanderige gedeelte waar normaal de trucks staan.  Ik besluit om te proberen wat foto's te maken.  Geen probleem.  Ik kan vrij dichtbij komen en ze blijven rustig zitten, alhoewel ze wel mijn bewegingen blijven volgen.  Ik denk dat ze wel gewend zijn aan veel bekijks hier langs de drukke snelweg.



Je moet wel goed kijken. De kangoeroes zitten in het zanderige gedeelte achter het terras.

Een opname van wat dichterbij.


En nog eentje.


Je kan zien dat het we een nat jaar gehad hebben.  Alles is overal zo mooi groen, dat kennen we normaal hoegenaamd niet

We vertrekken weer redelijk vroeg, om kwart voor 8, nadat we getankt hebben, want we hebben toch alweer zo'n 550 km gereden.  Ons tien-uurtje gebruiken we om half 10 bij Peddy's Rest (#63, 30 48 47S, 152 52 15E).  Het is droog en nog slechts licht bewolkt.  We schieten lekker op, ondanks het drukke verkeer op deze weg.  Je moet niet vergeten dat het schoolvakantie is hier, dus all motels langs de route zijn volgeboekt en er zijn dus veel mensen op pad.  Ook hebben we een groot deel van het extra verkeer dat nu niet de binnenlandse route neemt.  De laatste jaren echter is de kustweg aanmerkelijk verbeterd en verbreed naar vier banen, dus je merkt niet veel van de drukte, behalve van de wegomlegging bij Grafton (of was het Ballina?)waar we het stoplicht enkele keren rood zagen worden voordat we er doorheen konden.  Ook de rust stops zijn niet direkt 'overbevolkt'.  Lunch gebruiken we om 12 uur bij Wang Wauk RA (#95, 32 09 16S, 152 19 19E).  We doen nog geen moeite om buiten te gaan zitten, maar de zon schijnt al lekker en dat scheelt een stuk.  De middag stop is bij Medowie Road RA (#122, 32 40 10S, 151 50 06E) alwaar het ook lekker zonnig en warm is. Later in de middag hebben we er weer bijna 500 km op zitten en is het tijd om de brandstof aan te vullen.  Dit doen we in Greta in NSW.  Helaas, blijkt later, hebben ze daar waarschijnlijk slechte diesel geleverd, want we krijgen problemen met het rijden.

Na Port Macquarie en Taree hebben we de kustweg verlaten en zijn richting Singleton gereden.  Het plan is om via onze favoriete Putty Road de alternatieve weg door de Blue Mountains te nemen.  Putty Road is een mooie weg met veel krommingen en nogal wat up en down de heuvels, maar het is 't waard.  We halen het niet om de hele weg te doen voordat het etenstijd is, dus stoppen we om half 6 bij Boggy Swamp Creek (#202, 32 56 27S, 150 42 06E).  We zijn vroeg en het eten is zo klaar dus gaan we deze keer lekker buiten zitten.  Na het eten spelen we wat spelletjes, want tv hebben we niet en krijgen bezoek van een kampeerder die die nacht door komt brengen in zijn auto met zijn matras op de achterbank.  Daar moet je hier niet van opkijken.  Alles kan...  Hij maakt een praatje en gaat dan weer zijn eigen gang.  Als het donker wordt duiken we ons bed in, hopend op een rustige nacht, maar dat valt een beetje tegen. Twee maal stopt er een auto midden in de nacht met jongelui die uiteraard luide muziek nodig hebben en het geklets houdt ons ook een tijdje wakker.  's-Morgens vind je de restanten van hun nachtelijke escapades aan de kant van het terrein.  McDonalds schijnt nog altijd populair te zijn!

Donderdag 30 december

Bij het opstaan is het aanmerkelijk koeler dan de nacht ervoor, maar het is nog steeds droog.  We vertrekken na het ontbijt om half 9 en hopen de volgende stage ook snel te doen.  Nou, dat valt nog niet zo mee.  Het lijkt erop of ons campertje het moeilijker heeft dan normaal, want ook op een vrijwel rechte weg halen we al geen 100 km per uur meer.  We zijn nog steeds van plan de alternatieve route door de Blue Mountains te nemen, die via Windsor gaat: de Bells Line of Road.  De bedoeling is dat we onze koffie drinken bij Bilpin Reserve (#454, 33 29 49S, 150 31 01E), maar het rijden gaat zo moeizaam, dat we pas om half 11 aankomen.  Wat ben ik blij dat ik even kan rusten.  Vroeger reden Frans en ik ieder 2 uur, maar we hebben onlangs besloten dat ik de ochtenden doe (dan ben ik nog lekker fris en fit) en hij de middagen.  Ik word tegenwoordig bij het rijden van eentonige wegen gauw slaperig en aangezien dat gevaarlijk is hebben we een andere oplossing gezocht.  Ik heb dus de eerste helft van de ochtendroute gedaan en zit nu met een lamme arm van het schakelen aan de koffie.  De camper heeft 10 versnellingen (5 gewone en 5 tussenstappen) en als je steeds heuvels op en af moet dan valt er gewoonlijk veel te schakelen.  Het probleem is echter dat de camper geen fut meer heeft en ik in de laagste versnelling soms zelfs bijna stil sta.  Met een file auto's achter je word je daar wel een beetje nerveus van.  Maar ja, we hebben geen keus en ik blijf doordauwen.  Vandaar dat we dus wat later op de rustplaats zijn, maar we nemen het er dan maar even van.  Ik besluit de rest van de ochtend gewoon door te rijden, maar oh wat gaat het moeizaam.  Als ik dan ook een plekje zie met mooi uitzicht dan vind ik dat een goede reden om te stoppen.  Frans heeft natuurlijk wel aangeboden om het over te nemen, maar ik wil gewoon even doorzetten.  Eventjes rusten is genoeg.  De volgende foto heb ik genomen toen we bijna door de Blue Mountains waren en ik denk dat het 't plaatsje Lithgow is:

Blue Mountains

Blue Mountains

Even voorbij dit stukje weg gaat het al snel bergafwaards en kan ik fijn een beetje bijkomen.  Lithgow door mag toch maar met 50 km/uur dus kan ik het rustig aan doen.  Vandaar gaan we de Great Western Highway op die ons naar Bathurst voert.  Ook op de snelweg, waar we zelfs 110 km/uur mogen gaan, zakt de camper bij langzaam oplopende hellingen toch nog steeds af naar slechts 40 km/uur.  Je zou er kierewiet van worden.  Eindelijk komen we om 1 uur in Bathurst aan, boven op Mt Panorama waar jaarlijks de V8 races gehouden worden.  We zouden op de racebaan rond mogen rijden, iets wat vele toeristen schijnen te doen, maar we hebben er geen fut voor.  We gaan lekker even rustig lunchen in McPhillamy Park (#487, 33 27 23S, 149 32 55E).  Het is nu ong. 50% bewolkt, maar wel een stuk warmer dan we onderweg gewend zijn geweest. Frans maakt echter snel nog een paar foto's, o.a. van de auto van de "King of the Mountain', Peter Brock en het race circuit:


The 'King of the Mountain' on top of his racing car

Mount Panorama racing track

Na de lunch neemt Frans het stuur weer over en we rijden zuidwaards. In Cowra vinden we een dumpstation voor het toilet. Dat komt goed van pas, want die had wel een flinke schoonmaakbeurt nodig. Door alle regen is de camper na de laatste reis niet schoongemaakt en dat moet toch echt wel bijgehouden worden. Het is een vrij nieuw dumpstation met ruime betonnen vloer, dus halen we het toilet uit de camper. Niet alleen legen we het, maar maken het ook even grondig schoon, zodat we er weer even tegen kunnen. Het is stralend weer, dus geen grote opgave. Dan door naar Boorowa, waar we een benzine station zoeken.  De benzinestand is na bijna 550 km alweer aanmerkelijk gezakt, dus even bijtanken. We zitten nu al een tijdje op de Lachlan Valley Highway en vlak bij Yass gaan we de Hume Highway op, die verder helemaal doorloopt naar Melbourne.  Even na Yass komen we bij de Coolac Rest Area, waarvan ik geen co-ordinaten heb, want sinds de Hume Highway vernieuwd (en verbreed) is heb ik niet alle rust stops in het boek staan.  Het is een nieuwe, moderne stop aan de Highway, ook voor grotere trucks.  Er zijn geen bomen en heeft niet de rustieke uitstraling van de andere rust stops, maar we staan er goed.  We hebben hier voor het eerst de nieuwe 'ramps' nodig om de camper waterpas te houden, zodat we 's-nachts ons bed niet uit rollen.  Even een foto voor Gerben, want het was zijn kerstkado voor Frans:


De camper op de nieuwe gele 'ramps'


Er zijn dit keer veel overnachters, maar niet allemaal echte kampeerders.  Enkele wagens met jongelui stoppen en de inzittenden vinden we 's-morgens al slapend in een deken gewikkeld zomaar op het betonnen wegdek liggen naast hun auto of ze hebben een klein tentje opgezet in het gras naast de weg.  Hoewel het bij aankomst erg warm was en we vanwege de hitte 's-nachts alle ramen en gordijnen in de camper open lieten is het gedurende de nacht toch erg afgekoeld en worden we tegen de ochtend wakker van de kou. 

Vrijdag 31 december

We vertrekken vandaag vrij vroeg, want we willen op tijd in Melbourne aankomen.  We zitten om 7 uur al weer op de weg en nu is het nog lekker rijden in de koelte van de ochtend.  We nemen snel een kopje koffie om kwart voor 10 bij de Chiltern Park Rest Area (#240, S38 08 16, E146 38 51) en vertrekken meteen weer, want het begint al snel op te warmen.  De zon staat aan een bijna onbewolkte hemel en brandt al flink.

Onderweg krijgen we even ons zoveelste oponthoud in de vorm van een grote landbouwmachine waar we een tijdlang achter moeten blijven zitten vanwege de breedte van het monster (en dit was nog maar een kleintje):
landbouwmachine op het 2-baanse gedeelte van de snelweg


we zijn de volgende die mogen inhalen zodra dat kan
 Dit keer zijn het landbouwmachines (van de eerdere heb ik geen foto's gemaakt), maar andere keren zijn het vaak kuddes schapen of vee op de weg die dan voorrang hebben.  Je raakt er aan gewend en soms is het gewoon een pittoresk gezicht.  Een eind verder komen we een veld tegen met het 'opschrift' ALP OUT. 

A field with a message...
Waarschijnlijk een overblijfsel van de laatste verkiezingen waar men blijkbaar niet erg gecharmeerd was van de ALP (Australian Labor Party).  Och, het leverde weer een leuke foto voor de blog, want ik vergeet nog steeds regelmatig foto's te maken.  We hebben er even later alweer 500 km opzitten, dus nog een laatste stop om bij te tanken.  Dat doen we in Euroa.  We hebben onderweg een kleine plaag gehad van locusts (een kleine soort sprinkhaan) en de voorruit zit bijna dicht met de spetters die snel opdrogen in de bakkende zon.  Tijdens het tanken dus gauw even de voorruit schoongemaakt en meteen weer naar binnen, want het is buiten inmiddels bloedje heet.  Om 1 uur komen we aan op de plaats van bestemming en vernemen dat het dan zo'n 40 graden is....  Ook moeten we eerst vlug de koelkast uitladen en het ontdooide vlees braden, want de koelkast heeft het een dag tevoren begeven.  Dit al voor de 2de keer, want na de laatste reis is ie ook al in reparatie geweest.  Wel lastig met deze hitte, maar we kunnen voorlopig alles kwijt bij Stephan en volgende week zien we wel weer verder.

Zo, we zijn waar we wezen moeten en de volgende update volgt zodra ik weer even tijd heb tussen de werkzaamheden door.

No comments:

Post a Comment